Slaagt biogas in de sociale duurzaamheidstest?

Slaagt biogas in de sociale duurzaamheidstest?

Over de thesis van Robbe Verschelden

Evaluating the social sustainability of a biogas plant in Flanders: a public opinion and acceptance assessment (2021)

Promotor(en) Elsy Verhofstadt, Faculteit Economie en Bedrijfskunde

lib.ugent.be
Biogas installaties. Foto: Desotec Activated Carbon (2021)
Redactie Robbe Verschelden; Febe Visart

Om de energietransitie te realiseren, moeten we sterker inzetten op duurzame energie. Hernieuwbare energiebronnen kunnen we enkel uitbreiden en verder ontwikkelen als ze sociaal worden aanvaard. Daarom onderzocht Robbe Verschelden in Vlaanderen de publieke opinie en acceptatie van biogas, één van de hernieuwbare energiebronnen met het meeste potentieel.

Biogas is een gas dat ontstaat door anaerobe vergisting. Dit is een biologisch proces waarbij organisch materiaal wordt afgebroken tot een mengsel van gassen met behulp van bacteriën in een zuurstofvrije omgeving. Het resulterende gas bestaat uit ongeveer 50-60% methaan en 35-40% koolstofdioxide (CO2), gecombineerd met kleinere hoeveelheden stikstof, waterstof, waterstofsulfide en zuurstof.

Dit proces van anaerobe vergisting is een continu en organisch proces is dat zich in de natuur voordoet, bijvoorbeeld op composthopen, op stortplaatsen of inwendig bij grote herkauwers. We kunnen biogas echter ook zelf vormen in installaties onder optimale omstandigheden.

Tal van toepassingen en voordelen

Dit veelbelovende gas heeft heel wat gebruiksmogelijkheden. Zo kunnen we het bijvoorbeeld rechtstreeks als brandstof gebruiken of verbranden in motoren om warmte of elektriciteit op te wekken. In ontwikkelingslanden gebruiken mensen het eerder om te koken of voor verlichting. Bovendien kunnen we biogas upgraden tot biomethaan, hierbij worden alle bestanddelen verwijderd, behalve methaan. Daarna kunnen we het injecteren in het aardgasnet.

Nog een interessante gebruiksmethode voor biogas is als brandstof voor transport. Een bekend voorbeeld is het openbaar vervoer in Zweden, waar verschillende bussen al op biogas rijden.

Biogasbus in Zweden. Foto: S.A

Biogas heeft prominente voordelen in vergelijking met andere (hernieuwbare) energiebronnen. Dit kan je afleiden uit de stijgende implementatie en expansiesnelheid van biogasinstallaties doorheen Europa. Velen beschouwen het als een superieure hernieuwbare energiebron die de transitie naar een circulaire economie een stuk makkelijker maakt.

Ten eerste is biogas flexibel; zowel qua inputsubstraten (bijvoorbeeld maïskuilvoer of organisch afval) als qua technologische toepassingen is er een wijde variatie mogelijk.

Ten tweede verloopt de productie ervan vrijwel onafhankelijk van weersomstandigheden, waardoor het minder seizoengevoelig is. Bovendien kunnen we het digestaat of residue – het restant van de gedevalueerde biomassa – als resultaat van processen in installaties zelfs gebruiken als voedingsrijke organische meststof.

Door deze redenen kroont biogas zich tot dé hernieuwbare energiebron van de toekomst, wat dit onderzoek toekomstgericht en waardevol maakt voor de verdere expansie van biogas als energiebron in Europa.

Biogasinstallaties hebben echter ook nadelen. Ze kunnen geur- en lawaaihinder veroorzaken bij omwonenden en het zicht op het landschap verstoren, wat de publieke acceptatie aanzienlijk kan verminderen.

Aangezien Europa wereldleider is op het gebied van biogasproductie, elektriciteitsproductie uit biogas en geïnstalleerde capaciteit van biogasinstallaties, kunnen we de Europese biogasmarkt als volwassen beschouwen. Het aantal Europese installaties stijgt jaar na jaar en studies tonen aan dat de markt tegen 2030 zelfs kan verdrievoudigen.

De Belgische biogasmarkt daarentegen heeft in de laatste decennia wel een aantal problemen gekend, zoals het sluiten van enkele biogasbedrijven en het afbouwen van steunmaatregelen. Hierdoor is sinds 2015 het aantal installaties gestagneerd. België en Vlaanderen hebben daarom een boost nodig om hun biogasmarkten uit te breiden en verder te ontwikkelen.

Publieke opinie en acceptatie

Om de algemene duurzaamheid van een biogasinstallatie te evalueren, moeten we ook rekening houden met het sociale aspect van duurzaamheid. Dit is van cruciaal belang om vooruitgang te boeken in de biogassector. Robbe Verschelden onderzocht daarom de publieke opinie en de acceptatie van biogasinstallaties in Vlaanderen en ging na welke factoren dit kunnen beïnvloeden.

Bovendien besteedde hij aandacht aan hoe het publiek staat tegenover een transitie naar een maatschappij die meer afhankelijk is van hernieuwbare energie en minder van fossiele brandstoffen en conventionele energie. Om dit in de praktijk te realiseren, bevroeg hij via een online vragenlijst inwoners van Arendonk en Retie die dicht bij een biogasinstallatie wonen.

Biogasinstallatie. Foto: Jan Nijman

Wat eerdere studies al uitwezen, zag Verschelden bevestigd in zijn studie: de overgrote meerderheid van de respondenten vindt dat er meer moet worden geïnvesteerd in groene energie en initiatieven om de klimaatopwarming tegen te gaan. In de praktijk wil een groot deel van deze respondenten echter niet meer betalen voor energie afkomstig van hernieuwbare energietechnologieën.

Wanneer we specifiek naar de publieke opinie en acceptatie van biogasinstallaties kijken, zien we op het eerste gezicht positieve resultaten: meer dan 60% van de respondenten is voorstander van biogas als energiebron en bijna de helft wil dat het gebruik ervan in de toekomst stijgt.

Aan de ene kant erkennen omwonenden biogasinstallaties als milieuvriendelijk, niet schadelijk voor de natuur en gunstig voor de plaatselijke economie. Aan de andere kant is diezelfde meerderheid opnieuw niet bereid om meer te betalen voor energie gegenereerd door biogas.

Bovendien vinden ze de installaties een visuele verstoring van de omgeving en verkiezen ze een landbouwregio met weinig omringende bebouwing als de ideale locatie voor de bouw van nieuwe biogasprojecten.

Not in my backyard?

Is er een verschil in publieke opinie en acceptatie tussen bewoners die minder dan twee kilometer van een installatie wonen en mensen die verder weg wonen?

Mensen die dichterbij wonen, geven aan meer last te hebben van de geur en geloven dat de impact van biogasinstallaties op de luchtkwaliteit en de gezondheid van omliggende inwoners negatiever is.

Zowel bewoners dichterbij als verder weg vonden de geur van het vervoer van organisch afval en het verwerken van dit afval in de biogasinstallaties het meest vervelend, aanzienlijk meer dan geluid en gevaar op ontploffing.

Desalniettemin is er geen significant verschil tussen de opinie en acceptatie van mensen die minder en meer dan twee kilometer van een biogasinstallatie wonen, wat toch een opmerkelijk positief resultaat is.

Bovendien bleek het alom bekende – maar zeer bekritiseerde – Not in My Backyard-syndroom niet aanwezig. Dit syndroom wijst op een goede houding ten opzichte van hernieuwbare energie in het algemeen, maar tegelijkertijd een slechte houding ten opzichte van hernieuwbare energie-installaties in de buurt van hun woonst.

Bij windenergie zien we dit vaak terug; mensen willen dat het aandeel windenergie in de Belgische elektriciteitsmix stijgt, maar wensen geen windturbine in de nabijheid van hun woonst.

Kennis, interactie en vertrouwen

De acceptatie van biogas is dus al goed, maar nog niet optimaal. Daarom is het relevant om te kijken hoe het nog beter kan, zodat we beleidsadviezen kunnen formuleren om de sociale duurzaamheid van biogas te verbeteren.

Als eerste zijn kennis over biogastechnologie en zijn voor- en nadelen belangrijk; hoe meer kennis iemand bezit, hoe hoger de publieke acceptatie, aangezien mensen de vele ecologische en economische voordelen van biogas als energiebron dan inzien.

Ten tweede leidt eerdere interactie met een biogassite, bijvoorbeeld iemand die ooit een bezoek aan een installatie heeft gebracht of groene elektriciteit heeft ontvangen, logischerwijs ook tot een aanzienlijke stijging van de acceptatie.

Als laatste speelt het vertrouwen in de lokale biogasoperator een cruciale rol; indien omwonenden geen goede relatie hebben met de operator of werknemers van het biogasbedrijf, brengt dit automatisch een verminderde acceptatie met zich mee.

Foto: adamr

Biogasoperatoren en beleidsmakers kunnen deze bevindingen gebruiken om het beeld rond biogas significant te verbeteren, om de relaties met de lokale gemeenschap te versterken en om rekening te houden met de mening van het volk bij het uittekenen van het beleid. Nu ze weten wat de struikelblokken en springplanken zijn, kunnen ze hierop inspelen met gratis infosessies of bij het verspreiden van reclame.

Aangezien het publiek bovendien veel belang hecht aan betere en meer informatie over beslissingen inzake de bouw, uitbreiding of beleidswijziging van biogasinstallaties, en aangezien gebrekkige communicatie met de omwonenden een vaak terugkerende klacht is, moet de communicatie verbeteren, zodat omwonenden tijdig op de hoogte worden gebracht van eventuele veranderingen.

Daarenboven kunnen we de publieke acceptatie verbeteren door omwonenden participatie- en interactiemogelijkheden aan te bieden en door rekening te houden met hun mening.

Ten slotte toont dit onderzoek aan dat overlast door onaangename geuren tot weerstand leidt. Omliggende bewoners gratis geurproducten geven of actieve koolfilters instaleren om de geur te verhelpen blijken minder geschikte compensatiemogelijkheden. Ook op dit vlak dienen we dus rekening te houden met de publieke opinie.

Ecologische bijdrage

Dankzij deze studie kunnen we de zorgen en wensen van omwonenden mee in rekening nemen bij het bouwen of uitbreiden van biogasinstallaties. Op deze manier kunnen we één van de knelpunten van biogas, namelijk sociale duurzaamheid, optimaliseren, waardoor dit onderzoek ook een ecologische impact heeft.

Een betere acceptatie leidt tot meer biogasinstallaties, wat een positief effect heeft op het gebruik van meer hernieuwbare en ecologisch verantwoorde energie. Dit maakt de transitie naar een circulaire economie een stuk makkelijker.

Ten slotte kan deze studie als referentiepunt dienen om de sociale duurzaamheid van andere hernieuwbare energiebronnen te onderzoeken. Zo kunnen we de verdere ontwikkeling en implementatie van deze bronnen aanzienlijk versnellen.

 

Over Robbe Verschelden

Mijn naam is Robbe Verschelden (24 jaar) en als opleiding heb ik Handelsingenieur: Data Analytics gevolgd aan UGent, waar mijn interesse rond data-analyse en duurzaamheid is ontstaan. Door deze masterproef heeft mijn interesse in duurzaamheid zich echter nog verder ontwikkeld. Daarom heb ik besloten om een tweede master te volgen, namelijk de master in de Milieuwetenschap aan UAntwerpen, waar ik momenteel actief mee bezig ben.

Mijn interesse in duurzaamheid reikt zich van circulaire economie tot de installatie van specifieke nieuwe energietechnologieën, wat ervoor zorgt dat ik de wereld rond duurzaamheid op de voet volg. Bovendien vind ik de hele supply chain van producten, energiebronnen en materiële processen fascinerend en probeer ik zelf na te denken over hoe we als maatschappij deze zaken duurzamer kunnen maken.

Graag zou ik actief willen meewerken aan een eerlijke en sociaal rechtvaardige klimaattransitie, door te onderzoeken hoe duurzaam verschillende alternatieve hernieuwbare energiebronnen zijn en hoe we hun implementatie kunnen verbeteren.

Deze thesis bood daarom een unieke kans om mijn interesses en ervaringen verder te ontplooien door de sociale duurzaamheid van biogas te onderzoeken en te verbeteren met beleidsadviezen. Vlaamse biogasassociaties gebruiken momenteel deze masterproef om de sociale duurzaamheid van biogas beter in kaart te brengen en de impact van de publieke opinie en acceptatie op de gehele duurzaamheid van biogas te incorporeren in het huidige beleid.